Thema: Spinnen en Webben


Sommige spinnensoorten maken geen web om een prooi te vangen, maar gaan overdag actief opzoek, zoals de springspinnen en wolfsspinnen. Andere soorten wachten tot de prooi langskomt. Deze soorten kunnen zich goed verstoppen of verkleuren zelfs totdat ze dezelfde kleur hebben als de achtergrond.

Trechterspinnen leven in gaten in muren, schuttingen of boomschors en maken bij de ingang een trechtervormig 'web', bijv de Gewone huisspin in gaten in muren.


Er zijn meer spinnensoorten die geen echt maken web maken, maar spinnen een aantal onsamenhangende draden waarmee ze muggen of andere spinnen vangen, zoals trilspinnen. Ook Kogelspinnen creëren een willekeurig spinsel van draden over struiken, maar ook zitten ze onder tuinstoelen en -tafeltjes. Deze draden zijn lastig te zien; alleen bij dauw of door de nevel van de plantensproeier worden ze zichtbaar.


De meeste grote spinnensoorten maken 'echte' webben, of wel 'wielwebben'. Deze webben hebben in het midden een opening waar de spin zich doorgaans bevindt. Andere wielwebspinnen, zoals de Kruisspin en de Venstersectorspin, maken ook prachtige webben. Deze spinnen zitten niet in het web, maar houden zich schuil er schuin boven. Met een speciale gesponnen draad voelen ze of het web beweegt en slaat dan toe.

 


De altijd mooie kruisspin in de vroege ochtend - Alfred den Heeten

---

Vroeg in de morgen: bedauwd web - Marian Beukeboom

Kruisspin naast buitenlicht - Sheila Luijten

Viervlekwielwebspin - Marga Ronhaar

Dat is een flinke hap - Peter van der Weiden

Opvallend gekleurde strekspin (Orchard orb weaver), Silver Springs, Florida - Ellen de Boer

Bananenspin (Suriname) - Pieter de Vries

Wespspin in tegenlicht - Leo Schönhage

Viervlekwielwebspin - Wiel Arets